De Zwitserse theoloog Maurice Zundel (1897-1975) wordt een hedendaagse mysticus genoemd. Theologie noemde hij ‘een verschrikkelijke beproeving’, omdat hij God niet kon vinden in ‘formules en woorden zonder warmte, zonder zachtheid’.
De crisis van de kerk heeft haar grond in een bepaalde opvatting over God: omdat men verkeerd denkt over God, kent de crisis vandaag deze omvang en deze verbreiding. Men heeft God buiten ondergebracht en men heeft Hem binnenin nog niet ontdekt. Het is vanzelfsprekend dat men deze God die daarbuiten is, weigert, want Hij komt over als een bedreiging en een inperking die van buitenaf aan het menselijke leven wordt opgedrongen. Het is vanzelfsprekend dat men deze inmenging van een autoriteit die zich opdringt en die de ontkenning blijkt te zijn van de menselijke vrijheid en waardigheid als een belediging voor de geest en als een frontale aanval ervan aanvoelt.’ 'God zijn betekent niet meer domineren en de macht hebben anderen te verpletteren, God zijn betekent zich mateloos geven, eeuwig zichzelf verloochenen... Het is omdat God niets voor zich houdt, omdat hij totaal Liefde is, omdat de adem van zijn wezen milde vrijgevigheid is, dat de Schepping te voorschijn komt en dat ze tegelijk vorm geeft aan een onuitputtelijk geheim en aan een eindeloze oproep tot liefde.' 'En allen zijn wij door dit beeld van grootheid besmet en vergiftigd omdat ook wij als het ware door onze eigenliefde opgevreten worden, wij zijn er alleen op bedacht onszelf goed te verkopen, anderen in de schaduw te plaatsen door over ons te doen spreken. Dit beeld van grootheid opgevat als overheersing, maakt niet alleen onze geest kapot, (wanneer men in naam van de Openbaring, God tot een oppermachtige Meester maakt die heerser is) want het Evangelie heeft ons een andere waardeschaal aangereikt een nieuwe, ongelooflijke en wonderbare waardeschaal en wij zijn nog niet begonnen de draagwijdte ervan te verstaan.' Bron 
|